Man die stierf op een eiland ~ Bert Keizer

► door: A.IJ. van den Berg

Keizer heeft het wonderbaarlijke vermogen om de meest trieste zaken toch licht te beschrijven. Die schrijfkracht was al duidelijk in zijn romandebuut, Het refrein is Hein, waar heel goed om te lachen is. Zelfs al gaat het boek om een verpleeghuis. Waar de patiënten enkel naartoe komen om dood te gaan.

De man die stierf op een eiland biedt een nieuwe variant op de levensverhalen die verteld worden in Het refrein is Hein. Dit boek had ook in die roman kunnen worden opgenomen, bij wijze van spreken.

Dus is Bert Keizer’s beheersing over zijn stof weer wonderbaarlijk groot. En toch bleef ik na lezing achter met een vraag.

Het verpleeghuis neemt op goede dag een nieuwe patiënt op. Een man van negentig, die iets voornaams heeft, en alleen daardoor al indruk maakt. Helder is hij absoluut nog, alleen wil zijn hart niet meer, zodat hij al niet meer lopen kan.

De man wil euthanasie. Straks kan hij niet eens meer zelfstandig zijn bed uit.

Illustratief is dan hoe de verpleeghuisarts in het boek de patiënt coacht in wat deze zeggen moet tegen de andere arts, die in Nederland komt controleren of een euthanasie-aanvraag wel terecht is gedaan. En dus of er geen moord wordt gepleegd.

Leg de nadruk vooral op je lichamelijke lijden, heet het dan. Anders wil die andere dokter je nog antidepressiva voorschrijven ook, en dat schiet niet op.

Als de patiënt dood is, na een drankje, blijkt dat er geen gelegenheid bestaat om echt afscheid te nemen van de man. Een rouwplechtigheid wilde hij niet. Kaarten worden pas verstuurd als de crematie al geweest is. Zelfs na zijn sterven houdt de man de hele wereld superieur op afstand.

Naderhand blijkt er toch wel degelijk familie te zijn. Terloops wordt de verpleeghuisarts dan nog gevraagd of de man ooit over zijn persoonlijke verleden heeft gesproken. En dit was niet zo.

Dus gaat de arts zelf nog op onderzoek uit. Om daarbij meer informatie te vinden dan hem misschien wel lief is.

En dat gegeven leverde dus een vraag op, bij mij.

Zorgprofessionals zijn gewoon mensen, achter hun professionele methodieken. Dus zullen ze ook patiënten blijven behandelen die zichzelf de vernieling in hielpen — zoals de longpatiënten die blijven roken, of de suikerzieken die zich niet aan een dieet houden. Al zullen artsen daar zo hun gedachten bij hebben.

Maar gaat het aan dat een dokter een speurtocht onderneemt naar heel het leven van patiënt? Ondanks dat deze even onbehoorlijk veel indruk maakte, als mens?

Of is dit boek juist een waarschuwing om dat toch vooral liever te laten?

Hoe zwaar telt het verleden — buiten de anamnese, van een patiënt — want gaat het in de behandeling uiteindelijk niet allereerst om zijn of haar heden en verwachting? Hoe kort die toekomst in een verpleeghuis misschien ook is?

Waarom wil de hoofdpersoon per se de kennis, die hem vervolgens tot een oordeel dwingt?

Bert Keizer, De man die stierf op een eiland
70 pagina’s
Balans, 2011

 


[x]