Jailbird ~ Kurt Vonnegut

► door: A.IJ. van den Berg

Niet al het werk van Kurt Vonnegut is houdbaar gebleven. Dat Slaughterhouse-Five me beviel, bood tegelijk geen enkele garantie. Vonnegut heeft nogal wat boeken geschreven die je op de juiste leeftijd moet lezen. Als jongere liefst. Omdat zijn gebrek aan eerbied voor alles dan de meeste indruk maakt.

Toch beviel ook de roman Jailbird me bij een hernieuwde kennismaking. Zelfs al leek het daar nog niet op halverwege. Het boek komt erg traag op gang, onder meer doordat Vonnegut eerst een introductie geeft over het communisme in de VS, en over een bepalende staking schrijft.

Bovendien is de uiteindelijke hoofdpersoon een sukkelige bureaucraat — Walter F. Starbuck — die in zijn leven enkele keuzes heeft gemaakt die hoogstens logisch leken op het moment. Voor hem allereerst, en zijn eigen hachje. De geschiedenis maakte de besluiten alleen al vrij snel dubieus.

Het eigenlijke romanverhaal begint als Starbuck de gevangenis verlaat, waar hij verbleef om zijn onbetekenende aandeel in het Watergate-schandaal. Een klein visje dat toch in het sleepnet gevangen werd, toen dat eindelijk werd uitgegooid.

Starbuck reist naar New York, om daar binnen een dag weer in een politiecel te belanden. Alleen heeft hij ditmaal betere connecties. Weliswaar wordt hij even vergeten in zijn cel. Maar daardoor is zijn bevrijding alleen maar bevrijdender.

Vervolgens maakt hij twee prachtige jaren door — die buiten het bestek van de roman vallen.

Want het gaat er om hoe Starbuck tussen het moment van zijn bevrijding uit de gevangenis en de opsluiting in die politiecel ineens connecties kreeg.

En daar zit het vernuft van Vonnegut, die met Jailbird allereerst een economische satire schreef; waarin nogal fundamentele vragen worden gesteld over wat ondernemen is.

Ergens in het boek noemt hij de hele maatschappij een gigantisch Ponzi-scheme van ongedekte leningen. En zelden zullen zijn woorden meer waarheid hebben bevat dan in deze tijd.

Toen Vonnegut nog leefde, was hij fel tegen de regering van George Bush de jongere. Zijn minachting verwoorde hij toen door hen zijn grootste nachtmerrie te noemen. De C-studenten van de protserige Ivy League universiteiten hadden de macht gegrepen.

Ik vond dat toen een vondst. Om in Jailbird te zien dat Vonnegut die grap al eens gemaakt had. Van iedereen die niet deugt in het boek wordt met nadruk gesteld dat hij in Harvard had gestudeerd — want dat is ook Walter F. Starbuck’s Alma mater.

Bovenal beviel de roman me indertijd bij eerste lezing omdat er een liefde in zit, en dan ook nog een liefde van het onmogelijke soort.

Dat was het voornaamste wat ik van de roman onthouden had, en daardoor viel het me nu op dat de passages over die relatie nauwelijks ruimte innemen in het boek. Wat waarschijnlijk bovenal betekent dat het krachtig spul is, die liefde, dat door schrijvers met mate gebruikt moet worden.

Kurt Vonnegut, Jailbird
246 pagina’s
Delacorte Press, 1979

[x]opgenomen in het dossier: