Niet leuk ~ G. van Benthem van den Bergh

► door: A.IJ. van den Berg

Drie constanten vallen telkens op aan autobiografische boeken over depressie. De auteur heeft de ziekte inmiddels enigszins onder controle gekregen. Maar de schrijver heeft vaak lang en tevergeefs naar ‘genezing’ gezocht. Om daarbij telkens op te merken dat goede informatie ontbrak over zijn situatie. En omdat objectieve informatie niet te vinden was, kwam er dus een eigen boek.

En uit zo’n boek blijkt dan telkens ook dat iedereen telkens depressief is op zijn eigen wijze. Zoals Trudy Dehue trouwens al constateerde. Wat al die boeken toch ook weer subjectief maakt. En niet zelden plaatsbepalingen in de tijd.

Wat de politicoloog Godfried van Benthem van den Bergh over zijn behandeling schrijft in Niet leuk, maakt wel somber over de gezondheidszorg. Zelfs al speelden zijn problemen dan vooral eind jaren zeventig, begin jaren tachtig. Tegelijk zijn in de bijlagen de beschrijvingen opgenomen die de DSM IV wijdt aan manie en depressie — en daaruit blijkt onder meer éen van symptomen van depressie zou zijn dat iemand zich gedeprimeerd voelt. En wetenschappelijk gezien is het een doodzonde om het te definiëren verschijnel in de definitie op te nemen. Dus blijft de vraag hoeveel we inmiddels opgeschoten zijn.

Van Benthem van den Bergh maakte zeven jaar lang mee dat perioden van manie telkens gevolgd werden door diepe depressies van enkele maanden. Pas toen kon hij deze cyclus doorbreken, door Lithium te slikken.

Dat het zo lang duurde voor hij dit medicijn vond, kwam onder meer door de slechte voorlichting van zijn huisarts. Deze had hem gewaarschuwd dat met Lithium het schrijven heel wat moeilijker zou worden. En Van Benthem van den Berg moest het nu eenmaal hebben van zijn schrijfkracht in het werk.

Bovendien was hij eraan gewend geraakt dat hij in de eerste fase van zijn manie vrij goed recht kon zetten wat tijdens de depressieve periode daarvoor was blijven liggen. Dan schreef hij heel gemakkelijk. Tot de manie hem een overdreven vertrouwen gaf, alle zelfkritiek verdween, en hij te zeer in zijn eigen genialiteit geloofde. De kritiek van anderen op zijn werk riep dan slechts vijandschap op, bovendien.

Deed Van Benthem van den Bergh er ook vrij lang over voor hij leerde herkennen dat er een nieuwe cyclus begonnen was.

Meeste inzicht in zijn problemen kwam in eerste instantie nog door teksten van Simon Vestdijk — en dan vooral omdat deze zijn leven lang depressies had, en nooit adequate behandeling vond. Ondertussen werd wel van alles op hem uitgeprobeerd.

Vestdijk werd ooit bezocht werd door Adriaan Roland Holst, toen hij overdag in bed lag, met de gordijnen dicht.

Waarop Roland Holst niets beter wist dan te vragen hoe dat nu was, zo’n depressie. En Vestdijk antwoordde:

Niet leuk.

Nieuw voor mij was dat Simon Vestdijk nog geprobeerd heeft zijn ideeën over depressie in een roman te verwerken. De persconferentie heet dat boek. En dat is een Unvollendete. Mede omdat Vestdijk tevergeefs geprobeerd heeft om een leuk boek te schrijven over het probleem.

Dus ligt de keuze voor wat ik hierna lees voor de hand.

[ wordt vervolgd ]

G. van Benthem van den Bergh, Niet leuk
De wereld van depressie en manie
112 pagina’s
Mets en Schilt, 2004

[x]opgenomen in het dossier: