Op weg naar Vladivostok ~ Herman Vuijsje

► door: A.IJ. van den Berg

Levert een treinreis van zeven weken genoeg op voor een heel boek?

Toegegeven, dat is een wat misleidende retorische vraag. Er bestaan ook auteurs die hun werkkamer niet eens verlieten, en daar toch boeiend over wisten te schrijven. Maar aan de vele treinboeken van Paul Theroux valt nu net op dat hij altijd zorgvuldig buiten de tekst houdt hoe lang zijn reis duurde.

Daardoor hoeft hij in die uitgaven bijvoorbeeld nooit te verantwoorden hele weken niet beschreven te hebben.

Selectiviteit maakt een verhaal vrijwel altijd sterker. Moest er alleen wel wat te selecteren zijn.

Op weg naar Vladivostok was een ‘light read’ — en niet eens alleen omdat het boek nogal wat foto’s bevat. Waarschijnlijk omdat de reis van Herman Vuijsje en zijn partner net te kort duurde, en daardoor wat er toevallig gebeurde onderweg een grote rol kreeg in het boek. Dus kabbelde het allemaal wat voort.

Niet dat ik iets heb tegen ‘light reads’. Het punt is alleen wel dat Vuijsje vertrok om zijn eigen vooroordelen over Rusland te toetsen aan de werkelijkheid. En dat er sindsdien, door omstandigheden buiten hem om, nogal wat meer algemene vooroordelen over Rusland zijn ontstaan. Zelfs al betreffen die dan vooral de leiding van het land. En de media.

Bovendien bestaat er een standaard voor het schrijven van boeken over reizen in Rusland. Karel van het Reve legde de lat hoog voor eventuele navolgers; omdat zijn treinreis door het land tegelijk een portret werd van de Homo Sovjeticus.

Herman Vuijsje slaagde er ook in om het luchtig te houden, wat natuurlijk te prijzen is. Dat alleen de vrouwen in Rusland lijken te werken, was bijvoorbeeld een observatie die al bij Van het Reve voorkomt. Vuijsje koppelde daar alleen wel de observatie aan dat nogal wat vrouwen vreselijk veel decolleté tonen — en dan toch meestal zonder dat dit prikkelend wordt.

In Op weg naar Vladivostok wordt een land beschreven met plezierige mensen, zij het dat ze wat beschroomd zijn; waardoor Vuijsje altijd de eerste moest zijn om het contact te leggen. Eenmaal buiten Moskou gekomen dan. Want juist in die stad liepen nogal wat onuitstaanbare patsers rond. De hoofdstad is nu eenmaal zo zelden dat land representatief.

Kwam hij eenmaal Moskou voorbij wel in de grote leegte. Een kwart van de Russen woont nog op het platteland, en in 2025 zal dat nog 10% zijn; volgens verwachtingen van de VN. En die leegheid kwam toch niet helemaal over in het boek, voor mij — al lukt het fietsers ook al zo slecht om te beschrijven hoe het is om te reizen door een oneindigheid van precies hetzelfde. Misschien kan dat dus ook wel niet. Vuijsje heeft het namelijk telkens over zijn ontmoetingen, en de plekken die hij wilde zien; wat dan altijd musea zijn of oude fabrieken; en daarmee ook al het werk van mensen.

Politiek, die andere menselijk activiteit, bleef grotendeels buiten het boek.

En Vuijsje beschreef niets dat mij nieuwsgierig maakte om nu zelf eens te bekijken, wat ik voor een reisboek merkwaardig vond.

Herman Vuijsje, Op weg naar Vladivostok
Achter Russische façades

192 pagina’s
Bas Lubberhuizen, 2012

[x]