Fractured Times ~ Eric Hobsbawm

► door: A.IJ. van den Berg

Enkele jaren terug was er even sprake van dat boeklog tot een boekuitgave leiden zou. Maar dat idee heeft zelfs nooit als uitgewerkt plan bestaan, omdat de man die mij met dit voorstel overviel er vervolgens nogal een tijd over zweeg, doordat hij andere problemen aan zijn hoofd had.

Alleen moest ik door het tijdelijke enthousiasme van een ander dit leesdagboek dus ooit eens met nieuwe ogen bekijken. Om, toen de eerste ijdelheid was uitgedoofd, toch ook al snel tegenwerpingen te vinden op het boekenidee. Had ik bijvoorbeeld niet vanaf dag éen gesteld dat alle tekstjes hier samen de waarde van de site bepalen? Enkele van de best gelukte boeklogjes er tussenuit plukken, die dan herschrijven en van een inleiding voorzien, om ze daarna te isoleren in een boek, zou daarmee altijd verlies aan context opleveren.

Ging bovendien meewegen dat geen enkele bundel met zakelijke teksten tegenwoordig nog lezers trekt, laat staan zo veel lezers als heel wat pagina’s op boeklog hebben gehad.

Boeklog mag dan ondertussen weliswaar niet meer als dagelijks leesdagboek dienen, als publiek digitaal experiment is het interessant genoeg om nog een hele tijd voort te blijven zetten; mede omdat oude boeklogjes altijd weer een extra waarde kunnen geven aan de nieuwe. Waar een boek altijd een statische momentopname zou zijn gebleven.

Ook de bundel Fractured Times van Eric Hobsbawm liet me nogal eens nadenken over levende en dode cultuur. Dit kwam omdat de blik van een goede historicus, zoals Hobsbawm, zaken uit het heden nogal eens verduidelijken kan door de ontwikkelingen breder te bekijken dan vrijwel alle anderen dat altijd doen.

Zo is er helderder over bijvoorbeeld kunstsubsidies na te denken door mee te wegen wie er voorheen de cultuur bekostigden, wat daarin veranderde, en waarom dan wel. Zelfs al nam ook Hobsbawm niet direct mee dat de grootste mecenassen van de kunsten nog altijd de kunstenaars zelf zijn.

Here we have two players in the game of ‘culture’ and politics at the beginning of the twenty first century: politics and the market. They decide how cultural goods and services are to be financed — essential by the market, or by subsidy. Politics comes in as an obvious source of, or refuser of, subsidies. But there is a third player who decides what can, ought or ought not to be produced. Let us call him or it ‘the moral mechanism’, both in the negative sense of that which defines and discourages the impermissible, and in the positive sense of imposing the derirable. This is essentially a matter of politics (i.e. political power). For the market in principle decides only what makes or fails to make money, not what one ought or ought not to sell. […] [44]

Eric Hobsbawm [1917 — 2012] heeft lang genoeg geleefd om mee te maken dat de Taliban eeuwenoude monumenten ging vernietigen omwille van hun geloof. En hij heeft nog lang genoeg doorgewerkt om dit gegeven mee te nemen in een beschouwing over cultuur.

Graag ook had ik hem gehoord over de vernietiging van de bibliotheken in rijke westerse landen op dit moment — alleen is Fractured Times daar het boek niet naar. Deze uitgave biedt veelal lezingen, en een enkele boekbespreking, uit het laatste gedeelte van Hobsbawm leven, uitgezocht op een gemeenschappelijk thema. Volledigheid viel daardoor niet te verwachten, helaas. Hoewel Hobsbawm in elk van zijn bijdragen wel iets opmerkt dat me verraste.

Dankzij hem weet ik nu de periode van pakweg 1968 tot 2008 voortaan als een tijd van ongekende hoogconjunctuur te moeten zien — die waarschijnlijk zo niet meer terugkomt. Toen ook de overheden zoveel geld hadden dat ze van gekkigheid niet meer wisten wat daar mee te doen. Nooit werden er meer musea en operahuizen gebouwd of verbouwd als in deze periode, zo merkt de auteur daarover onder meer op. Om vervolgens vooral te schrijven over de schaarste die daarmee kunstmatig gecreëerd werd.

Musea tonen unica; en daar zijn er nooit veel van — wat nogal wat oude meuk, in mijn interpretatie, bovenmatig duur maakt. En dus, weer naar mijn idee, wordt het prestige van sommige unica nogal overdreven. Want door zulke teksten keek ik ineens net iets anders naar een nieuwsfeiten als dat de VVD-kabinetten hier het ene moment structureel € 200 miljoen aan cultuursubsidies afschaffen, wat dan tienduizenden mensen direct treft, en een volgend moment rustig € 160 miljoen wilden betalen voor twee totaal oninteressante portretten door Rembrandt.

Hobsbawm maakte zelfs intelligente observaties over de opkomst van een op digitale informatie gebaseerde cultuur. Hij signaleerde namelijk wél dat er zo veel standaarden in gebruik zijn, en zo veel verschillende technologieën, dat veel aan digitaal materiaal ondertussen al ontoegankelijk is geworden, zo niet vergaan.

En dan is het voor mij niet zo zeer nieuws dat er momenteel op grote schaal cultuurvernietiging plaatsvindt, online en daarbuiten. Ik klaag er al over zolang als mijn weblogs bestaan. Alleen heb ik zo’n ontwikkeling nooit in een groter verband gezet, gekoppeld aan de vraag wat er blijft en wat niet, en waarom, waar Hobsbawm dit dus wel deed.

Ik geef toe, dat idee van een boekuitgave uit boeklog leek mede zo aantrekkelijk ooit om dat er dan tenminste iets tastbaars zou zijn op papier. Omdat ik zo veel oud papier in handen heb gehad door mijn opleiding tot historicus, dat daar niet ook een overdreven eerbied voor is gegroeid.

Eric Hobsbawm, Fractured Times
Culture and Society in the Twentieth Century

320 pagina’s
The New Press 2014, oorspronkelijk 2013

[x]