Deerne in lokkend postuur ~ Maarten ’t Hart

► door: A.IJ. van den Berg

Nee, echt zware literatuur mag het niet heten wat ik lees op het moment. Zo’n dagboek als dit is totaal ongevaarlijk. Licht vermaak. Maarten ’t Hart haat reizen, en doet verder ook geen vreselijk spannende dingen thuis zo’n jaar lang. Hij wroet wat in de klei, is naarstig in de weer met zijn gezondheid, en schrijft ondertussen ook nog een boek over Bach voor drogisterijketen ’t Kruidvat.

Uit de grote boze buitenwereld komen alleen beelden van de strijd in Kosovo door. Maar, de televisie gaat stuk.

Aardigst aan dit dagboek zijn nog de kleine essaytjes die ’t Hart elke maand even aan een deelonderwerp wijdt. Al zijn sommige onderwerpen elders ook al eens aan bod gekomen; zoals zijn onvermogen het rijbewijs te halen, of dat hij weleens in vrouwenkleren rondloopt — de grote gekte. [De titel van dit boek is overigens een uitspraak van Multatuli over een bepaald soort taalgebruik].

Voor mij het interessantst waren zijn uitweidingen over romans en poëzie. Of zijn klacht, die ik onderschrijf, hoe vervelend het is dat literatuurcritici altijd dezelfde titels in de canon zetten, alsof er nooit iets anders van waarde geschreven werd dan die vijftig uitgekauwde toppers.

Toch, ook ’t Hart zelf hoort voor mij tot de schrijvers van wie ik met enthousiasme al zijn columns, essays en ook korte verhalen lees, maar wiens romans mij niet vreselijk kunnen boeien. Zonder dat me precies duidelijk is waarom die boeken me zo onverschillig laten.

Maarten ’t Hart, Een deerne in lokkend postuur
Persoonlijke kroniek 1999

262 pagina’s
Uitgeverij Arbeiderspers, Privé-domein, 2000

[x]opgenomen in het dossier: