Mijn Wadden ~ Gerrit Jan Zwier

► door: A.IJ. van den Berg

Dit boek had Mijn Waddeneilanden moeten heten. Want Zwier schrijft slechts over de bewoonde stukjes land die de Noordzee van de Waddenzee scheiden. Bij het begrip ‘Wadden’ denk ik alleen ergens anders aan. Mijn associatie is er éen met een schier eindeloze vlakte land die twee keer per dag onder water komt te staan.

Of omgekeerd, ik denk aan een zee die twee keer per dag droogvalt.

Die eilanden waren tot relatief kort geleden geïsoleerd van vrijwel alles. En de bewoners leefden er niet bepaald in welstand. Door dit alles hebben de Waddeneilanden elk een eigen ‘karakter’, zoals het dan heet.

Tegenwoordig halen de eilanders inkomsten uit het toerisme. En zoeken sommigen naar wegen om nog meer bezoekers te trekken. Enkele Duitse Waddeneilanden zijn bijvoorbeeld al geruime tijd goed bezochte kuuroorden. En sinds er een bron werd gevonden op Ameland is het ook daar een droom om welgestelde ouderen te gaan pamperen.

Met het toerisme kwamen ook de uitwassen, zoals de dronken jongeren op Terschelling; die hele windkeringen bouwen van alle genuttigde kratjes pils.

Zwier vergeet zelfs te schrijven over een fenomeen als het cultuurfestival Oerol, dat ’s zomers ook dient als een veemarkt voor hoger opgeleide vrouwen uit de Randstad die nodig nog aan de man willen.

Gerrit Jan Zwier besteedt in deze bundel vooral aandacht aan het karakter van de eilanden voor de invasie van toeristen en dagjesmensen op gang kwam. Daartoe zijn hele bloemlezingen opgenomen van wat anderen in de loop der decennia over de Waddeneilanden schreven.

Daar is weinig op tegen. Ware het niet dat me van zo’n boeket aan stemmen opvallend weinig bijblijft. Atlas heeft een hele reeks boeken uitgegeven onder de titel Mijn dit of Mijn dat. En daarvan zijn de deeltjes waarin éen auteur in alle hoofdstukken aan het woord blijft toch het memorabelst.

Gerrit Jan Zwier, Mijn Wadden
288 pagina’s
Atlas, 2004

[x]opgenomen in het dossier: