Het is niet anders ~ Peter van Straaten

► door: A.IJ. van den Berg

Het was even verleidelijk om hier precies hetzelfde boeklogje te plaatsen als al bestond over Peter van Straaten’s bundel Alles en iedereen. Met dan enkel een paar net wat andere details. Want Van Straaten deed dat ook weleens. Dan kwam er een tekening in de krant die daar al eens in had gestaan, met net een ander onderschrift.

Niemand die zulk zelfplagiaat opvalt.

Ook Het is niet anders is een verzamelbundel op groot formaat, die vier tekeningen afbeelt per pagina. Net als Alles en iedereen. En voor deze uitgave gold dus eveneens dat de presentatie het leesplezier, of het kijkgenot, niet per se bevorderde.

Ook in dit boek viel op dat Peter van Straaten slechts een beperkt tal situaties benut voor zijn humor. De slaapkamer, de woonkamer, het kantoor, de kroeg, het restaurant, de straat, het strand. Al is daar ditmaal dan het ziekenhuis bij gekomen als locatie.

Hierdoor valt bijvoorbeeld op dat Van Straaten waarschijnlijk nooit in de rij staat in een supermarkt, noch met de trein reist, of het vliegtuig. En zo zullen er vast nog tientallen situaties meer te verzinnen zijn die in zijn werk ontbreken.

De bundeling van duizend-en-een tekeningen doet zo bezien zelfs af aan de kwaliteit. Want sjablonen gaan daardoor opvallen. En handigheidjes — zoals het recyclen van tekeningen met een net ander onderschrift — worden makkelijk doorzien.

Dat hij zijn werk tekening voor tekening, dag voor dag, in de kranten publiceerde, lijkt me daarom ook precies op maat. Alle melancholie, wanhoop, of onvermogen in éen zo’n prent is wel genoeg voor een dag. Meer wordt te gauw overkill. Het is niet anders biedt weliswaar veel Van Straaten in éen keer. Alleen is er nooit heel lang te lezen in een uitgave als deze.

Aardig aan deze bundel was bijvoorbeeld nog wel dat de tekenaar zijn onhandige zelf en een Rijk de Gooyer-type opvoert als biljarters — zoals er toch al ineens zes tekeningen over biljarten in het boek staan.

Ook viel me op dat de tekenaar almaar minder moeite heeft met bloot — wat mede komt omdat zulke erotiek bij hem dan in dat krantenwerk niet prikkelt, maar al dat gedoe met sex licht belachelijk maakt.

Blijft verder het raadsel staan dat ik Van Straaten niet zo’n heel goede tekenaar vind — en toch zijn tekeningen, door de onderschriften daarbij, bewonder. Objectief gesproken storen me ook zijn anachronismen wat. Op kantoren hadden de computers tien jaar terug al LCD-schermen, geen ouderwetse beeldbuizen meer. Dat pleit niet voor zijn waarnemingsvermogen.

En het driedelige pak zie ik zelden nog rondlopen in het echt. Bij Van Straaten is dat nog het standaard uniform van een bepaald type man. En weliswaar dwingt alle tekenen de tekenaar tot een reductie, de simplificatie kan dus ook te ver gaan op den duur, en te makkelijk zijn geworden.

Peter van Straaten, Het is niet anders
In duizend-en-een tekeningen

256 pagina’s
De Harmonie, 2009

[x]