Ideeën. Vierde bundel ~ Multatuli

► door: A.IJ. van den Berg

De bundels met ideeën van Multatuli zijn tot nu toe interessanter gebleken om het tijdsbeeld dat ze bieden dan om hun tekst. Ik kan niet zeggen dat ik de derde en vierde verzameling met groot plezier gelezen heb.

Integendeel. Het was vrijwel steeds een dagelijkse corvee het minimum aan pagina’s te lezen.

Maar, Multatuli belooft in het nawoord van deze vierde bundel een volgende keer weer over Woutertje Pietserse te zullen schrijven. Omdat hij zichzelf anders ook al niet meer vermaakt.

Een paar zaken waren wel aardig in dit boek. De eerste was dat het toneelstuk ‘Vorstenschool’ er volledig in staat. Daarin contrasteert Multatuli twee manieren van leidinggeven met elkaar. Het personage Koning George is daarbij een uitgesproken autocratische onbenul, die voor alles belangstelling heeft behalve het algemene belang. En koningin Louise is daarin nu juist zijn tegenpool.

Het zal duidelijk zijn bij wie Multatuli zijn sympathie legde. En goed, dan is zo’n toneelstuk opvallend meer verouderd dan de rest van het boek; misschien omdat die tekst ditmaal liefst wel moest aansluiten bij wat een publiek gewend was indertijd.

Niettemin blijkt uit de zuinig reacties op het toneelstuk in dit deel van de Ideeën dat het toentertijd al veel te ver ging. Zelfs over denkbeeldige vorsten mocht al niet te kritisch geschreven worden; waarschijnlijk omdat men anders eens mocht nadenken over de echte monarch van dat moment.

Hoogtepunt in dit boek zijn de ruim honderd rijmende grafschriften voor de pas overleden liberale politicus J.R. Torbecke, die Multatuli van de ‘Schoolmeester’ kreeg.

ii. Anders

Wandlaar die me hier begraven ziet
Als ’t sterven ’n kunst was, dan lag ik hier niet
 

xvii, Anders.

Hoe ik aan de titel van eminentie kwam?
Wel, omdat nooit iemand in middelmatigheid het tegen me-n-opnam.
 

lii. Anders

Ik had in myne kleine tyd,
Precies de maat van myne tyd.
 

lxxix. Anders

Onder dit steentje,
Ligt ’n fenomeentje.
 

ci. Anders

Weet je waarom ze my zo in de hoogte tillen?
M’n grootheid is ’n reclame voor Hollandse brillen.

En ach, zo stond er zo af en toe wel een prettig geformuleerde spotzin meer in deze bundel. Maar het meeste van wat er staat, is geklaag. Begrijpelijk als Multatuli het over zijn tijd heeft, en wat daarop aan te merken is. Langdradig als hij klaagt over het gebrek aan erkenning voor zijn eigen werk; dat nog altijd nergens besproken wordt. Ietwat gênant als hij ingaat op brieven van mensen die meenden kritiek te kunnen hebben op zijn werk.

[ wordt ongetwijfeld een keer vervolgd ]

Multatuli, Ideeën. Vierde bundel
Met een nawoord van J.J. Overstegen
366 pagina’s
Em. Querido’s uitgeverij 1986, oorspronkelijk 1872

[x]opgenomen in het dossier: