Kuifje 11: De schat van Scharlaken Rackham ~ Hergé

► door: A.IJ. van den Berg

In de albums Het geheim van de Eenhoorn en De schat van Scharlaken Rackham valt de stripreeks Kuifje in een duidelijke plooi. Kuifje hoeft voortaan niet meer in zijn eentje op avontuur, met zijn hond als voornaamste helper. Daarmee werden de boeken rijker, en evenwichtiger.

Voortaan zijn daar kapitein Haddock bij, en ook professor Zonnebloem; die plots opduikt in het album De schat van Scharlaken Rackham. Met een heel nuttige vinding ook nog. Die misschien daarom wel op het kaft staat afgebeeld.

Bovendien wordt door dit album duidelijk hoe het goed Molensloot voortaan de uitvalsbasis kon worden voor de avonturen.

Maar een kleine zeventig jaar nadat dit avontuur getekend werd, vallen ook wat andere zaken op. Zo is het tempo van dit album, net als dat in die daarvoor, nogal bedaagd. Het is niet vreemd dat Spielberg drie boeken had om éen film te maken. Hedendaagse striptekenaars verwerken vier keer zoveel verhaal in een boek.

Omgekeerd krijgen de grappen op dit moment doorgaans aanzienlijk minder ruimte; want als er al grappen voorkomen tegenwoordig zijn die allereerst verbaal. Hergé zoekt de humor liever in de slapstick; en die vergt een zorgvuldige opbouw en timing, waarvoor altijd meerdere plaatjes nodig zijn.

Mij viel op dat ik het plot van dit album volledig vergeten was; hoewel ik het meer dan eens gelezen moet hebben. Dit helemaal aan een gebrekkig geheugen wijten, is niet terecht. Het einde komt onverwacht. En daarvoor worden op het laatst wel heel veel elementen aangereikt die helemaal niet voorkwamen in het album.

En elk geval las ik het boek daardoor wel volledig gefocust uit.

Hergé, Kuifje: De schat van Scharlaken Rackham
62 pagina’s
Casterman, 1966

* illustratie uit het besproken boek


[x]opgenomen in het dossier: