Taal is een hond ~ A.L.Snijders

► door: A.IJ. van den Berg

Alle plezier over het lezen van Snijders werd door dit boek vergald omdat er een katern miste. In plaats daarvan zaten de pagina’s 65 tot en met 96 er tweemaal in. En zoiets is me het afgelopen jaar vaker overkomen dan ooit tevoren.

Dan heet de Nederlandse boekhandel in crisis te zijn. Dan klagen de uitgevers dat niemand meer leest. Maar in plaats een beetje aan kwaliteitscontrole te doen, of door mooiere uitgaven uit te brengen dan ooit, zadel je de lezer dus steeds vaker op met dit. Misgeboorten. Boeken die ergernis oproepen doordat er vele pagina’s in ontbreken.

Goed, dan weet ik ook wel dat waarschijnlijk de meeste boekhandels mijn mislukte exemplaar van De taal is een hond zonder vragen omruilen voor éen die wel gelukt is. Alleen heb ik daar niets aan nu.

Want lezen is een roes, als het meezit. En ik zat duidelijk in zo’n roes. Zelfs al is het niet wereldschokkend wat Snijders de wereld heeft mee te delen. Daarvoor twijfelt hij te veel. Wat hij de lezer met de ene hand geeft, neemt hij even later met de andere hand terug. De columns in deze verzamelbundel gaan telkens weer vergezeld van een brief aan de hoofdredacteur, met daarin zo vaak direct een relativering van wat hij in de krantentekst heeft aangeleverd.

De taal is een hond is bovendien een soort kroniek; een dagboek van hoe Snijders zich door de dagen slaat. Met zijn werk als leraar Nederlands op de politieschool in Lochem. Met zijn leven daar, op het platteland, ver weg uit de drukte van de stad.

In de loop van anderhalf boek is A.L. Snijders me zeer sympathiek geworden. Hij heeft weleens een boek gelezen, hij bewondert schrijvers die ik ook goed vind. Zijn afkeuring van al te stellige overtuigingen is ook al iets dat ik deel — zonder dat dit betekent dat ik het altijd met hem eens ben.

Tot ineens de pagina’s 97 tot en met 128 ontbreken en ik mijn onvrede over het kwaliteitsniveau van zijn uitgever toch ook op hem projecteer. En dat verdient geen enkele schrijver. Ik wil niet opgezadeld worden met het idee minstens een zevende deel van een boek te missen.

Het gemis voelt groter.

A.L.Snijders, De taal is een hond
Heimelijke vreugde

288 pagina’s
Uitgeverij Thomas Rap, 2011
waarin opgenomen zijn: Torens en zeilboten, z.j.
Niets is zo mooi als nutteloze kennis, 1998

[x]