1968 ~ Hans Koning

► door: A.IJ. van den Berg

Mijn plan was oorspronkelijk om eerst alle fictie van Hans Koning te lezen, en dan nog eens te kijken of er iets in zijn overige werk aantrekkelijk leek.

Maar toen las ik achter elkaar twee romans die op verschillende punten sterk op elkaar leken, en toch éen duidelijk verschil hadden. An American Romance uit 1960, en America Made Me, uit 1979. En daarmee werd interessant wat er tussen het schrijven van beide boeken gebeurd was. En toen leek me dat de memoires in Nineteen Sixty-Eight veel duidelijk konden maken.

Hans Koning noemt in dit boek 1968 het belangrijkste jaar uit zijn leven. Terwijl hij toch ook gewoon in Nederland woonde, toen de Duitsers dit bezette. En hij wat later uit deze bezetting wegvluchtte.

Maar 1968 was het jaar van een fundamentele kentering wereldwijd voor hem. De burgerrechtenbeweging in de VS bereikte eindelijk iets. Het verzet tegen de oorlog in Vietnam kreeg voor het eerst massa. En dan waren er al die ontwikkelingen in Europa nog, zoals in Parijs, of Tsjecho-Slowakije.

En, er veranderde iets bij de autoriteiten, als Koning weer eens gearresteerd was, omdat hij ergens had gestaan; deel uitmakend van een protest. Begonnen die zich te schamen, of was dit inbeelding?

Die arrestaties waren overigens de reden dat Hans Koning zijn naam uiteindelijk inkortte. Geboren als Hans Koningsberger, werd die achternaam door de Amerikaanse autoriteiten steevast verkeerd opgeschreven. Meestal verduitst. En die bureaucratische slordigheid maakte Koning dan weer verdacht, omdat hij telkens van naam zou veranderen.

Op boeklog is eerder aandacht besteed aan 1968: bij het gelijknamige boek van Mark Kurlansky. En die titel viel me toen nogal tegen, omdat Kurlansky de ontwikkelingen van buitenaf beschreef.

De Nineteen Sixty-Eight van Hans Koning is een sterk persoonlijk boek. En daarmee gekleurd, omdat Koning zijn hele leven fatsoenlijk links is gebleven; zonder zich daarbij aan een politieke partij te binden. Hij leek me nogal anti-autoritair. Maar die persoonlijke invalshoek, en de bijbehorende emotie, maakte voor mij nu eindelijk eens begrijpelijk wat er zo magisch was aan dat jaar.

En nog afgezien daarvan, is dit boek sterk in Koning’s waarnemingen en uitspraken over hoe de media de publieke opinies sturen. Al was het maar omdat in 1968 geen krant durfde af te drukken wat drie jaar later ineens voor dezelfde journalisten de waarheid zou worden.

Of dan was er nog Koning’s heldere weerlegging dat de auteurs die nog altijd de helden van de jaren zestig lijken, als Tom Wolfe en Norman Mailer, werkelijk geen idee hadden van wat er toen echt speelde.

Hans Koning, Nineteen Sixty-Eight
A Personal Report

194 pagina’s
W.W. Norton and Company, 1987

[x]