Land is niet ondankbaar ~ Bob den Uyl

► door: A.IJ. van den Berg

Zoals de verhalenbundels van Bob den Uyl gaan, is dit éen van de meest consistente. Den Uyl deed er geen pogingen meer voor om verhaaltjes te verzinnen, maar had inmiddels door dat zijn publiek het liefst las hoe hij zich door de dagen worstelde.

Dus gebeurt er vrijwel niets in dit boek. Al biedt het jeugdherinneringen aan de oorlog in Rotterdam, reisverhalen, en bespiegelingen over hoe een schrijver zijn geld verdient.

Een hoogtepunt is bijvoorbeeld het verhaal ‘Hoe Bamberg te bereiken’, waarin het Den Uyl vanzelfsprekend niet lukt om in Bamberg aan te komen.

Subliem ook, om zijn drankdoordesemde dialogen, is ‘Een leerzame samenspraak’, waarin Den Uyl samen met ene Harry probeert de Vlaamse dichter Maurice op het podium van Poetry International te krijgen. Deze wil niet. Of toch? Nee, hij vindt telkens een bezwaar. Of niet?

Klassiek is het verhaal ‘De Engelse duim’. Daarin haalt Den Uyl herinneringen op aan hoe het was om door Europa te liften. Om daarbij toch ook tot de conclusie te komen dat hij helemaal niet van autorijden hield. En de treinreizen, die hij later zo vaak ondernam, gingen ook maar vervelend van station naar station. Als dit er nog stond tenminste; het prachtige gebouw te Visvliet was zo maar verdwenen. Nee, uiteindelijk was fietsen de beste manier om door de wereld te gaan, zo luidde zijn conclusie.

Wordt er dus misschien te weinig gefietst in dit boek om het de volmaakte Den Uyl te laten zijn.

Bob den Uyl, Het land is niet ondenkbaar
128 pagina’s
Querido, 1989

[x]