Asterix en het 1ste legioen ~ A. Uderzo & R. Goscinny

► door: A.IJ. van den Berg

Losjes gebaseerd op een klassieke Laurel & Hardy-film is dit album van Asterix. Want in Beau Hunks uit 1931 al gingen de Dikke en de Dunne in het Franse vreemdelinglegioen. Oliver Hardy ziet dat dan als de enige manier om een vrouw te vergeten. Jeanie-Weenie. Een femme fatale, die verder nog een verbijsterende invloed op dat filmverhaal heeft zonder ooit bewegend in beeld te komen.

Goscinny ging overigens vaker uit lenen — al werd de inspiratie die films hem opleverden duidelijker zichtbaar in de reeks Lucky Luke. Toen hij eenmaal doorhad dat hij daarbij vooral het originele filmscript niet al te zeer moest volgen, kwamen daar ook heel goede stripalbums uit voort.

In Asterix en het 1ste legioen, of zoals de titel tegenwoordig luidt Asterix als legioensoldaat, nemen ook de Gallische helden ineens dienst in het leger. Alleen doen zij dit om een jonge vrouw te helpen. Haar vriend is namelijk in Noord-Afrika door een tegenstander van Caesar krijgsgevangen gemaakt. En dienst nemen, schijnt dan de snelste manier te zijn om ter plaatse te komen, om de problemen op te lossen.

Het Franse Vreemdelingenlegioen uit het voorbeeld is in dit boek dan vanzelfsprekend ingewisseld voor het Romeinse leger — in andere albums altijd de eeuwige tegenstander — waarin inderdaad ook tal van vreemdelingen dienst namen.

Wel zal de nog altijd bestaande censuur op stripverhalen indertijd hebben gemaakt dat Asterix noch Obelix zelfs iets krijgen konden met de schone Walhalla/Falbala.

Door dit stripalbum zit ik nu ineens wel met vraag opgescheept hoe anachronistisch het kazerneleven is dat door Goscinny en Uderzo werd bedacht. Hun grappen zijn leuk, en spelen heel aardig met de clichés die wij kennen over de kadaverdiscipline die nieuwe rekruten in het leger wordt opgelegd.

Maar hoe oefende het Romeinse leger echt?

Waarbij weer eens blijkt hoe gevaarlijk een klein beetje kennis is. Ik weet dat pas bij Maurits van Oranje tijdens de Tachtigjarige oorlog er weer door soldaten bewust geoefend werd; waardoor er discipline bij hen werd ingebracht.

Alleen zijn er dan veel eerder nog de falanxen, en dergelijke strijdopstellingen van de Spartanen en andere Grieken; waar toch ook ooit stevig voor getraind zal moeten zijn.

Paradoxaal aan dit stripalbum, vergeleken met de rest van de reeks, is dat Julius Caesar weer eens wint — zij het dan dat dit in een burgeroorlog is tegen Scipio. Bovendien geeft hij toe daarbij goede hulp te hebben gehad van de Galliërs.

Ook dat is een aardige afwijking van het vaste stramien.

[ is vervolgd ]

A. Uderzo & R. Goscinny, Asterix en het 1ste legioen
48 pagina’s
Oberon, z.j.
vertaling van Astérix légionnaire, 1967

[x]opgenomen in het dossier:

nauw gerelateerd op boeklog:


© Boeklog 2005-2019. Alle rechten voorbehouden